Week 37
Vanuit Frankrijk kreeg ik een e-mail van een Amerikaanse vrouw die me schreef dat ze een artikel dat ik vier jaar geleden geschreven had nu eindelijk kon bewerken voor uitgave in een boek. Had ik tijd om snel haar opmerkingen in de tekst te verwerken? Ik herinnerde me de tekst nauwelijks en had geen idee hoeveel werk het me zou gaan kosten. Daarom besloot ik zo duidelijk mogelijk te zijn. "Dear Karin," schreef ik. "I will soon start with radiotherapy and I have no idea how demanding that will be. I cannot promise you anything."
Binnen een half uur had ik een mail terug waarin me uitgelegd werd hoe weinig werk het zou zijn. Bovendien schreef ze me dat ze zelf ook bestraald was en enthousiast voegde ze eraan toe dat ik het boek 'Love, Medicine and Miracles' van Bernie Siegel moest lezen. Dat zou me helpen. Omdat Kaja in die dingen handiger is dan ik vroeg ik hem om het boek via Amazon.com te bestellen.
Binnen een paar dagen ontving ik het boek per post. Ik had er echt zin in. Intussen had ik nog een paar mails van die onbekende bestraalde vrouw ontvangen waarin ze allerlei advies gaf. Of ik het wil of niet ik ben lid geworden van een geheim genootschap van mensen die eenzelfde lot delen. Het is wel de laatste club waar ik me bij aan zou willen sluiten. Het is een stuk leuker bij de mensen te horen die van niets weten en het eeuwige leven hebben.
Er stond een aanbeveling op het boek van mevrouw Kübler Ross: "A wonderful book that every patient and sceptic physician should read." In 1977 schreef ik een serie artikelen in de Volkskrant gedreven door ergernis over het werk van Elizabeth Kübler Ross. Instinctief had ik iets tegen haar pogingen om het overlijden van mensen in een wetenschappelijke discipline te veranderen en op te delen in fasen die ze nu eenmaal door moeten maken. Mogen al die arme mensen die dood gaan dat niet op hun eigen manier doen? Moeten ze met alle geweld het eerst ontkennen, dan opstandig worden, daarna depressief worden en het uiteindelijk aanvaarden? Zo'n indeling ontneemt mensen alle waardigheid. Die aanbeveling van mevrouw Kübler-Ross negeerde ik om Bernie een kans te geven.
Al vanaf bladzijde één van het boek bleek dat Bernie het enorm met zichzelf getroffen had en hoewel ik goed mijn best deed om zijn boek vanwege de schrijfstijl niet onmiddellijk weg te leggen, deed hij er zelf wel heel weinig aan om het me naar de zin te maken. De begrijpende dokter schrijft over de mensen die hij behandeld heeft. Als hij beschrijft hoe hij zijn hoofd kaal scheert en een ander mens wordt, weet ik dat het boek over Bernie gaat en niet over de mensen die hij opereert. Hij is zelf de held is en de chirurg die iedereen goed begrijpt. Alle andere artsen doen het helemaal verkeerd omdat ze alleen maar met ziekte bezig zijn en niet met de volledige mens.
Het deed me denken aan mijn eigen artsen. Die zijn ook alleen met de ziekte bezig, maar ik ben daar heel tevreden mee, want voor iets anders heb ik ze niet nodig. Ik heb geen behoefte aan een cliniclown die zijn hoofd heeft kaal geschoren en zich met mijn hele mens bezighoudt. Mijn artsen zijn echte mensen die wel eens wat onhandig zijn in de communicatie, maar die dat, waar ze echt iets vanaf weten, zo zorgvuldig mogelijk doen. Ik ben wel gefascineerd door de manier waarop ze zich uitdrukken. Zelfs goed nieuws verpakken ze alsof je er maar niet al te blij mee moet zijn. Als de bloedwaarden prachtig zijn zeggen ze onmiddellijk: "Dat ziet er nu wel goed uit, maar het komt natuurlijk alleen maar door de hormonale behandeling". Als de uitkomst van mijn lymfeklierenonderzoek gunstig blijkt, zeggen ze: "Nou ja, het is niet slecht, maar het geeft natuurlijk geen volledige garantie dat het niet in de andere lymfeklieren in je lies zit." Ze zullen wel een opdracht van boven hebben om de mens tot bescheidenheid te manen en overmoedigheid te voorkomen. We blijven tenslotte altijd kwetsbaar.
Bernie ziet het meer als zijn taak om mensen in zichzelf te doen geloven en het positieve denken te bevorderen. Ik had zelf al wel bedacht dat ik alles in mijn leven zo positief mogelijk moest maken. Geen werk meer dat ik eigenlijk niet leuk vind. Liever geen spanningen in mijn omgeving die niets met mij hebben te maken. Als ik niet zo'n hekel had aan de new age clichés zou ik schrijven: geen slechte vibraties. Elke week verse bloemen in huis halen. Droge bloemen op tijd weggooien, want mijn vader zei altijd: "Waar dode bloemen zijn, heerst ongeluk." Van mezelf hoef ik tegenwoordig ook niet meer een boek helemaal uit te lezen. Voorheen dacht ik altijd dat een schrijver er iets mee wil vertellen en dat je soms geduld moet hebben tot de laatste pagina, maar daar heb ik geen tijd meer voor. En als ik het een avond niet meer zie zitten, kijk ik naar vier afleveringen van 'friends'. Ik had die serie nog nooit gezien en kocht alle afleveringen van jaar één op het vliegveld van Kuala Lumpur. Het leuke van 'friends' is dat ik erom moet lachen en dat ik nooit een gedachte krijg die ingewikkelder is dan 'goh, als die Chandler meer zichzelf was zou hij leuker zijn' of 'Rachel en Ross moeten niet zo moeilijk doen, want ze zijn voor elkaar gemaakt' of 'Jee, wat een geluk voor Phoebe dat ze niet zo slim is' of 'Zou Joey uiteindelijk nog ontdekken dat hij eigenlijk homo is?' of 'Op den duur valt die Monica toch wel mee'. Inmiddels zijn alle jaargangen aangeschaft.
Bernie heeft zijn eigen methoden om mensen aan te zetten tot positief denken en hij maakt daarbij gebruik van de kleuren in tekeningen. Bepaalde kleuren zijn niet zo best, terwijl andere juist heel positief zijn. Bij een van de in het boek afgebeelde tekeningen staat: "This picture symbolizes a positive attitude to X-ray therapy. The whole person is shown in a blue machine (a healthy color), with purple and yellow (spiritual and celestial) entering her body only where the disease is." Gelukkig vind ik blauw ook wel een mooie kleur. Rood en zwart zijn geloof ik niet zo best en ik zie Marion juist heel graag in het rood. Ik maak me daarom intens zorgen dat ik misschien per ongeluk de verkeerde kleuren bij het tekenen zou gebruiken en zo mijn ondergang bevorderen. Ineens werd ik zelfs bang voor de dingen die ik niet begrijp en sliep een nacht slecht, me zorgen makend over de kleuren waar ik van hou. De boekenlegger is bij pagina tweeënnegentig blijven steken. Ik ben liever afhankelijk van artsen die zuinig zijn met positief nieuws dan van goeroes die geheime kennis van kleuren hebben.
Ik heb wat extra afleveringen van 'Friends' bekeken. Kaja krijgt inmiddels telkens aanbiedingen voor wonderlijke boeken van Amazon.com. Voor Marion heb ik zaterdag een extra bos rode rozen gekocht. Ik heb een hekel gekregen aan paars en geel.


Terug